Transacties in de familiesfeer vragen van de betrokken partijen dat zij juist en zakelijk moeten handelen om vernietiging van de transactie te voorkomen. Een voorbeeld daarvan speelde onlangs voor de rechter. Een ex-echtgenoot verkocht zijn huis binnen de familie voor een lager bedrag dan de getaxeerde waarde van anderhalf jaar daarvoor, maar ook nog onder de executiewaarde. De ex-echtgenote die nog een vordering op haar-ex-man had werd hierdoor benadeeld.
In de betreffende zaak was de verkoop beklonken waarbij een deel van de koopsom door de koper werd voldaan door overname van de hypotheekschuld en een geldlening. De verkoper had op dat moment nog een schuld bij zijn ex-partner. Die voelde zich daardoor flink benadeeld en stapte naar de rechter om de verkoop te late terugdraaien.
Het Gerechtshof stelde onder meer dat het een schuldenaar in beginsel vrijstaat met zijn vermogen te doen wat hij wil. Van deze vrijheid mag echter geen misbruik gemaakt worden ten nadele van zijn schuldeisers. Een schuldeiser – hier de ex – kan in dat geval een beroep doen op de wet waarin voor dit soort transacties vijf voorwaarden zijn opgenomen. Er moet sprake zijn van een rechtshandeling (1) die onverplicht (2) door de schuldenaar is uitgevoerd en benadeling (3) van een schuldeiser in zijn verhaalsmogelijkheden tot gevolg heeft. Daarnaast moet er sprake zijn van het kunnen verwachten van benadeling van de schuldenaar (4) en bij diens eventuele wederpartij (5).
Aan voorwaarde 1 en 2 werd voldaan aangezien de man niet verplicht was de woning te verkopen. Aan voorwaarde 3 werd voldaan doordat uit een taxatierapport van 1,5 jaar vóór de transactie bleek dat de woning toen een veel hogere vrije verkoopwaarde had dan waarvoor het huis was verkocht en ook de executiewaarde en de WOZ-waarde nog boven de verkoopprijs uitkwamen. Het hof oordeelde dan ook dat woning voor een te laag bedrag aan de familie is verkocht. Daarnaast kon de vrouw zich nu niet meer direct op haar ex-man verhalen voor wat betreft de “overwaarde “van het huis.
Het Hof is van mening dat bij de vrouw zeker sprake is van benadeling in haar verhaalsmogelijkheden en dat zowel de verkoper (ex-man) als zijn familie dit vooraf hadden kunnen verwachten. Hieruit volgt dat de verkoper met een redelijke mate van waarschijnlijkheid had kunnen voorzien dat hij door deze verkoop zijn ex zou benadelen.
Zolang de familie niet kan bewijzen dat zij niet hadden kunnen weten dat hun ex-schoonzus benadeeld werd, worden zij door het Hof zelf medeplichtig geacht. De uitspraak in deze zaak was dat de transactie inderdaad vernietigd (teruggedraaid) moest worden waardoor de vrouw zich weer bij haar ex-partner kan verhalen op de volle overwaarde van de woning.
Dit was mogelijk anders geweest wanneer de woning tegen de normale prijs en zonder leenconstructie was overgedragen. De moraal van dit verhaal is dat er bij transacties binnen de familiesfeer juist en zakelijk gehandeld moet worden om vernietiging van een transactie te voorkomen. Ook al had er in de hiervoor besproken zaak geen benadeling van een ex gespeeld dan had de fiscus nog kunnen stellen dat er sprake is van een schenking (te lage koopprijs) die dan belast is met ten minste 30% schenkbelasting. Kortom, laat u bij een voorgenomen transactie binnen de familiesfeer altijd vooraf informeren over de voorwaarden waaraan moet worden voldaan. Hiervoor kunt u altijd contact met ons kantoor opnemen.